Een lamp verlicht het uitgestrekte niets. Met gestorven stem ijlt een zwerver in de nacht: "Ik stierf een duizend levens, leefde een duizend doden en zag!"
Hij spreekt namens het uitschot, het onkruid, de tongloze bannelingen uit de stad die als een moeder voor hen was.
Flikkerende kaarsen doof uw licht, verdorde bloemen verval tot stof! Het is tijd voor de ratten! Niets is hen heilig, alles waar u ooit in geloofde is slechts een nieuw maal want hun honger is onverzadigbaar. Jullie zijn de remsporen van het menselijk ras!
Ga toch druppels van een waterval tellen, dan doen jullie nog wat nuttigs.
maandag 9 juni 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten